



Deel deze pagina:

Eenmaal thuisgekomen was ik helemaal in mijn nopjes. Ik richtte de ‘villa’ in met wat stro en bladeren en zette het onder een grote struik voor de juiste beschutting. Om de eventuele nieuwe bewoner niet te verstoren door tien keer per dag te gaan kijken, heb ik een dun takje voor de ingang in de grond gestoken om te zien of er activiteit was. Een egel zou het immers omver lopen om naar binnen te kunnen gaan. En toen maar wachten…
De zomer ging voorbij en de herfst brak aan. Nog steeds was mijn huisje onbewoond. Teleurgesteld omdat elke egel inmiddels wel zijn hotelletje voor de winter gevonden had, keek ik naar mijn prachtige huisje. Tot dat daar een advertentie voorbijkwam van de egelopvang. Een egel kun je adopteren! Dat was de oplossing! Enthousiast schreef ik me in. Mijn tuin werd goedgekeurd nadat ik foto's en een filmpje moest sturen of mijn egel ‘resort’ wel goed genoeg was. Enige tijd later kwam het verlossende telefoontje: we hebben een egel voor jullie. Ik voelde me een beetje als een wensouder die haar lang gekoesterde verlangen in vervulling ziet gaan. We mochten naar Stein om Spike op te halen (zo had ik hem/haar inmiddels genoemd).
Als klap op de vuurpijl kwam een lief familielid even binnenlopen. ‘En?’ vroeg ze enthousiast ‘zit er een egel in je huisje?’ Om vervolgens doodleuk te vertellen dat er in een hoekje van haar tuin onder wat bladeren een stekelig bolletje lag te slapen…
Niks villa of speciale doorgangetjes… Misschien moet je soms een wat minder je best doen om daar te komen waar je wil zijn. Dat egelvriendje komt wel nog een keer. En als hij/zij een andere leuke tuin uitzoekt, heb ik nog altijd een mooi huisje onder mijn stuik staan.
Eenmaal terug thuis moest ik de ingang het huisje barricaderen met een houten plaat met een dikke steen ervoor. Spike moest zich eerst een nachtje eigen maken en daarna zou hij/zij mijn tuin mogen verkennen. Ik zag het helemaal voor me. Zo’n gezellig beestje dat een beetje in mijn tuin rommelde en als dank de slakken zou opeten. Gruuëts deelde ik foto’s mijn nieuwste tuinbewoner op social media en aan iedereen die daar wel of niet om gevraagd had. Lang verhaal kort: ik heb hem nog 1 keer gezien op de camera die we geïnstalleerd hadden. Daarna was hij pleite, nooit meer gezien, auf nie wiedersehen, adios…
Scrollend over de social mediapagina's en zoekend op het wereldwijde web belandde ik langzamerhand in een steeds diepere tunnel. Ik zag alleen nog maar advertenties van egelvoer, natuurmonumenten en egelopvangstichingen. Ook de reels over egels zelfs platgereden egels werden mij niet bespaart. Mijn egelwens is inmiddels beetje een obsessie geworden. Het werd mij heel duidelijk gemaakt: wilde ik een egel in mijn tuin lokken, moest ik minimaal een huisje hebben voor mijn kleine stekelige vriendje in spee.
Zo kwam ik een prachtig egelhuis tegen. Handgemaakt, oerdegelijk en aangeprezen door een natuurstichting. Dit was de oplossing…mijn langgekoesterde wens zou uitkomen met zo’n prachtig onderkomen! De pensionado die deze stulpjes bouwde, verzekerde mij dat het binnen 2 maanden binnen zou zijn. Het duurde 4 maanden, maar aan kwaliteit mag je geen deadline stellen. Eindelijk zou het huisje opgestuurd worden, alleen helaas precies in onze vakantie. Bij een lieve vriendin mocht ik het af laten leveren en toen zij appte dat het pakket binnen was, omschreef ze het als de egelvilla.
De voorwaarden om hieraan voldoen, een tuin-beetje rommelig- met voldoende schuilplekjes is enige tijd geleden al werkelijkheid geworden. De buurman ging een nieuwe buitenkeuken plaatsen en kwam even achteromlopen om zijn plannen met ons te bespreken omdat de achterkant op de erfgrens kwam te staan. Ik heb hem toen gevraagd om een doorgang te maken in de houten afscheiding zodat het beestje makkelijk de tuin in en uit zou kunnen. Het egelpoortje was een feit.
Al jaren droom ik ervan om een egel in onze tuin te laten wonen. Deze wens heb ik niet alleen om dat ik egeltjes super schattig vind, want, wie houdt er nou niet van om zo’n stekelig bolletje met schattig sjnuutje een beetje te zien rondscharrelen? Ze zijn daarnaast ook nog enorm nuttig. Ze eten maden, rupsen en slakken - die zijn er in overvloed in onze tuin, geloof me- kortom heel nuttig.

Scrollend over de social mediapagina's en zoekend op het wereldwijde web belandde ik langzamerhand in een steeds diepere tunnel. Ik zag alleen nog maar advertenties van egelvoer, natuurmonumenten en egelopvangstichingen. Ook de reels over egels zelfs platgereden egels werden mij niet bespaart. Mijn egelwens is inmiddels beetje een obsessie geworden. Het werd mij heel duidelijk gemaakt: wilde ik een egel in mijn tuin lokken, moest ik minimaal een huisje hebben voor mijn kleine stekelige vriendje in spee.
Zo kwam ik een prachtig egelhuis tegen. Handgemaakt, oerdegelijk en aangeprezen door een natuurstichting. Dit was de oplossing…mijn langgekoesterde wens zou uitkomen met zo’n prachtig onderkomen! De pensionado die deze stulpjes bouwde, verzekerde mij dat het binnen 2 maanden binnen zou zijn. Het duurde 4 maanden, maar aan kwaliteit mag je geen deadline stellen. Eindelijk zou het huisje opgestuurd worden, alleen helaas precies in onze vakantie. Bij een lieve vriendin mocht ik het af laten leveren en toen zij appte dat het pakket binnen was, omschreef ze het als de egelvilla.




Deel deze pagina:
Eenmaal thuisgekomen was ik helemaal in mijn nopjes. Ik richtte de ‘villa’ in met wat stro en bladeren en zette het onder een grote struik voor de juiste beschutting. Om de eventuele nieuwe bewoner niet te verstoren door tien keer per dag te gaan kijken, heb ik een dun takje voor de ingang in de grond gestoken om te zien of er activiteit was. Een egel zou het immers omver lopen om naar binnen te kunnen gaan. En toen maar wachten…
De zomer ging voorbij en de herfst brak aan. Nog steeds was mijn huisje onbewoond. Teleurgesteld omdat elke egel inmiddels wel zijn hotelletje voor de winter gevonden had, keek ik naar mijn prachtige huisje. Tot dat daar een advertentie voorbijkwam van de egelopvang. Een egel kun je adopteren! Dat was de oplossing! Enthousiast schreef ik me in. Mijn tuin werd goedgekeurd nadat ik foto's en een filmpje moest sturen of mijn egel ‘resort’ wel goed genoeg was. Enige tijd later kwam het verlossende telefoontje: we hebben een egel voor jullie. Ik voelde me een beetje als een wensouder die haar lang gekoesterde verlangen in vervulling ziet gaan. We mochten naar Stein om Spike op te halen (zo had ik hem/haar inmiddels genoemd).

Eenmaal terug thuis moest ik de ingang het huisje barricaderen met een houten plaat met een dikke steen ervoor. Spike moest zich eerst een nachtje eigen maken en daarna zou hij/zij mijn tuin mogen verkennen. Ik zag het helemaal voor me. Zo’n gezellig beestje dat een beetje in mijn tuin rommelde en als dank de slakken zou opeten. Gruuëts deelde ik foto’s mijn nieuwste tuinbewoner op social media en aan iedereen die daar wel of niet om gevraagd had. Lang verhaal kort: ik heb hem nog 1 keer gezien op de camera die we geïnstalleerd hadden. Daarna was hij pleite, nooit meer gezien, auf nie wiedersehen, adios…
De voorwaarden om hieraan voldoen, een tuin-beetje rommelig- met voldoende schuilplekjes is enige tijd geleden al werkelijkheid geworden. De buurman ging een nieuwe buitenkeuken plaatsen en kwam even achteromlopen om zijn plannen met ons te bespreken omdat de achterkant op de erfgrens kwam te staan. Ik heb hem toen gevraagd om een doorgang te maken in de houten afscheiding zodat het beestje makkelijk de tuin in en uit zou kunnen. Het egelpoortje was een feit.
Al jaren droom ik ervan om een egel in onze tuin te laten wonen. Deze wens heb ik niet alleen om dat ik egeltjes super schattig vind, want, wie houdt er nou niet van om zo’n stekelig bolletje met schattig sjnuutje een beetje te zien rondscharrelen? Ze zijn daarnaast ook nog enorm nuttig. Ze eten maden, rupsen en slakken - die zijn er in overvloed in onze tuin, geloof me- kortom heel nuttig.

Als klap op de vuurpijl kwam een lief familielid even binnenlopen. ‘En?’ vroeg ze enthousiast ‘zit er een egel in je huisje?’ Om vervolgens doodleuk te vertellen dat er in een hoekje van haar tuin onder wat bladeren een stekelig bolletje lag te slapen…
Niks villa of speciale doorgangetjes… Misschien moet je soms een wat minder je best doen om daar te komen waar je wil zijn. Dat egelvriendje komt wel nog een keer. En als hij/zij een andere leuke tuin uitzoekt, heb ik nog altijd een mooi huisje onder mijn stuik staan.