Deel deze pagina:
Vreemd nu er “niemand” meer thuis woont vind ik het ook nog niet. Gelukkig woon ik niet alleen, maar samen met mijn man. Manlief heeft al het idee geopperd om een hond aan te schaffen, maar dat zie ik nog niet zo zitten. Moeten we in plaats van naar de zwemles naar de puppycursus. Worden we om drie uur ’s nachts niet wakker van een thuiskomende zoon maar van een blaffende puppy die moet plassen. Voordat de kinderen geboren werden woonden we al geruime tijd bij elkaar en ook zonder hond en kinderen hadden we het leuk samen. Ik heb er alle vertrouwen in dat ons dat nu ook weer gaat lukken. En komen jullie ons binnenkort tegen met een puppy dan heeft het lege nest syndroom me toch overvallen.
Zal ik echt tijd overhouden? Welnee daar geloof ik niets van. Ik verwacht dat deze tijd op een natuurlijke manier weer ingevuld gaat worden en ik me niet ga vervelen. Als eerste heb ik onze zoons er al op voorbereid dat onze zolder rigoureus wordt opgeruimd en er nog genoeg spullen naar hun verhuisd kunnen worden. De reactie van de oudste was: ik hoef niets meer erbij, ons huis is vol genoeg. We zullen eens zien hoeveel er nu ineens wel weggedaan mag worden.
Waar ik wel aan moet wennen is het koken voor twee personen. Het was tot nu toe altijd een verrassing en lastig om tijdig aan te geven waar er werd gegeten. Thuis, op het werk, bij de vriendin of de vriendin bij ons. Uit voorzorg werden er vaak grotere porties gekookt zodat er toch wel altijd iets te eten was. Indien er nu iemand wil aanschuiven zal dit tijdig aangekondigd moeten worden, zodat er ook voor meerdere personen gekookt wordt. Waar ik ook aan moet wennen is dat er minder aanloop van jonge mensen zal zijn. Dat vond ik al vreemd toen de oudste uit huis was gegaan. Zijn vrienden zie ik nu nog maar incidenteel en dat zal nu niet anders zijn. Ook al zijn ze altijd welkom, ik heb niet de illusie dat ze gezellig bij ons op de koffie komen.
Zeker zal het een stuk rustiger zijn zonder kinderen die thuis wonen. Op wie moet ik nu mopperen als er een pak met nog drie druppels melk erin in de koelkast staat? Van wie slingeren er nu nog schoenen door het hele huis? Wie neemt er de keukenvoorraad mee naar boven en vergeet deze (sorry, ik was het echt van plan maar ben het vergeten) weer mee naar beneden te nemen? Hoe zal het zijn als ik alles gewassen heb en de wasmand ligt niet binnen een half uur weer vol omdat er uit de auto nog een berg kleren komt die ook nog gewassen moet worden?
Op het moment van het schrijven van deze column is onze jongste zoon een week niet meer thuiswonend. Dit betekent dat we weer met zijn tweeën in huis zijn. Naar aanleiding van reacties als “wat vind je ervan dat ze nu allebei uit huis zijn?”, “nu ben je ze allebei kwijt” en “het zal wel wennen worden nu er niemand meer thuis woont” ben ik eens na gaan denken wat dit voor mij betekent.
Na een week kan ik er misschien nog niet zoveel van zeggen, maar tot nu toe vind ik het helemaal oké. Ik ben er trots op hoe ze in het leven staan, over zaken nadenken, zelfstandig zijn en klaar om een eigen leven op te bouwen. Ik denk dat ik er meer moeite mee zou hebben als ze op hun vijfendertigste nog thuis zouden willen wonen. Verder heb ik ook niet het gevoel dat ik onze zoons kwijt ben, eerder het gevoel dat er twee fijne mensen bijgekomen zijn. Dit zorgt weer voor een nieuwe dynamiek in ons gezin waar we allemaal onze weg in zullen vinden.
Franssen
Deel deze pagina:
Waar ik wel aan moet wennen is het koken voor twee personen. Het was tot nu toe altijd een verrassing en lastig om tijdig aan te geven waar er werd gegeten. Thuis, op het werk, bij de vriendin of de vriendin bij ons. Uit voorzorg werden er vaak grotere porties gekookt zodat er toch wel altijd iets te eten was. Indien er nu iemand wil aanschuiven zal dit tijdig aangekondigd moeten worden, zodat er ook voor meerdere personen gekookt wordt. Waar ik ook aan moet wennen is dat er minder aanloop van jonge mensen zal zijn. Dat vond ik al vreemd toen de oudste uit huis was gegaan. Zijn vrienden zie ik nu nog maar incidenteel en dat zal nu niet anders zijn. Ook al zijn ze altijd welkom, ik heb niet de illusie dat ze gezellig bij ons op de koffie komen.
Zal ik echt tijd overhouden? Welnee daar geloof ik niets van. Ik verwacht dat deze tijd op een natuurlijke manier weer ingevuld gaat worden en ik me niet ga vervelen. Als eerste heb ik onze zoons er al op voorbereid dat onze zolder rigoureus wordt opgeruimd en er nog genoeg spullen naar hun verhuisd kunnen worden. De reactie van de oudste was: ik hoef niets meer erbij, ons huis is vol genoeg. We zullen eens zien hoeveel er nu ineens wel weggedaan mag worden.
Vreemd nu er “niemand” meer thuis woont vind ik het ook nog niet. Gelukkig woon ik niet alleen, maar samen met mijn man. Manlief heeft al het idee geopperd om een hond aan te schaffen, maar dat zie ik nog niet zo zitten. Moeten we in plaats van naar de zwemles naar de puppycursus. Worden we om drie uur ’s nachts niet wakker van een thuiskomende zoon maar van een blaffende puppy die moet plassen. Voordat de kinderen geboren werden woonden we al geruime tijd bij elkaar en ook zonder hond en kinderen hadden we het leuk samen. Ik heb er alle vertrouwen in dat ons dat nu ook weer gaat lukken. En komen jullie ons binnenkort tegen met een puppy dan heeft het lege nest syndroom me toch overvallen.
Zeker zal het een stuk rustiger zijn zonder kinderen die thuis wonen. Op wie moet ik nu mopperen als er een pak met nog drie druppels melk erin in de koelkast staat? Van wie slingeren er nu nog schoenen door het hele huis? Wie neemt er de keukenvoorraad mee naar boven en vergeet deze (sorry, ik was het echt van plan maar ben het vergeten) weer mee naar beneden te nemen? Hoe zal het zijn als ik alles gewassen heb en de wasmand ligt niet binnen een half uur weer vol omdat er uit de auto nog een berg kleren komt die ook nog gewassen moet worden?
Op het moment van het schrijven van deze column is onze jongste zoon een week niet meer thuiswonend. Dit betekent dat we weer met zijn tweeën in huis zijn. Naar aanleiding van reacties als “wat vind je ervan dat ze nu allebei uit huis zijn?”, “nu ben je ze allebei kwijt” en “het zal wel wennen worden nu er niemand meer thuis woont” ben ik eens na gaan denken wat dit voor mij betekent.
Na een week kan ik er misschien nog niet zoveel van zeggen, maar tot nu toe vind ik het helemaal oké. Ik ben er trots op hoe ze in het leven staan, over zaken nadenken, zelfstandig zijn en klaar om een eigen leven op te bouwen. Ik denk dat ik er meer moeite mee zou hebben als ze op hun vijfendertigste nog thuis zouden willen wonen. Verder heb ik ook niet het gevoel dat ik onze zoons kwijt ben, eerder het gevoel dat er twee fijne mensen bijgekomen zijn. Dit zorgt weer voor een nieuwe dynamiek in ons gezin waar we allemaal onze weg in zullen vinden.
Franssen